City Theater en de filmhistorie in Schijndel
Schijndel kent al een heel lange geschiedenis als het om filmvertoningen gaat. We moeten terug naar 1933. Het verhaal gaat dat de kleedkamers voor voetbalclub ‘RKSV Schijndel’ in dat jaar nogal groot uitgevallen waren en omdat de toneelvereniging ruimte zocht kreeg Nard Steenbakkers het idee de was- en kleedkamers en trainingslokalen om te toveren tot een zaal voor 200 mensen met een podium. De eerste toneeluitvoering werd een groot succes en eind 1933 volgden de eerste films op deze locatie. De basis voor filmvertoningen in Schijndel was gelegd.
Ook in het patronaatsgebouw (1907-1984) aan de Kluisstraat, die een uitgesproken parochiële functie had voor katholieke jongeren, werd wel eens een film vertoond.
Video
In 2024 is een video gemaakt over de schiedenis van het City theater. Deze heb ik ook toegevoegd aan deze webpagina, klik hier.
1933-1944
In 1933 werden de eerste schetsen gemaakt voor een toneelzaal voor het City Theater. In 1937 kwamen de echte plannen om een theater te bouwen: het City Theater met een zaal en een balkon en telde 400 zitplaatsen. (Historie gebouw City theater)
Alles ging voorspoedig en op 1 februari 1937 werd in het Officieel Orgaan van den Nederlandschen Bioscoop-bond het besluit gepubliceerd om vergunning te verlenen aan de heer L. Steenbakkers voor de vestiging van een permanente bioscoop op adres Grootestraat A146. Een grote domper toen dat besluit al een week later ingetrokken werd.
Er was in die jaren een grote toename van het aantal bioscoopzalen. In de visie van de bioscoopbond in die jaren: ‘De outsiders maken gebruik van de crisisomstandigheden om op goedkope wijze nieuwe zaken te stichten, waarin echter niet de minste behoefte bestaat.’ Vandaar extra eisen aan de nieuwkomers. Hiervan werd Nard Steenbakkers de dupe. De oplossing werd echter al snel gevonden. De officiële vergunning kwam op naam van W.A. van Dun uit Tilburg, eigenaar van het City Theater en Cinema Royal in Tilburg.
Samen met zijn vrouw Wilhelmina Steenbakkers-Hermes runde Nard de bioscoop.
De zaken gingen voor de wind. Bioscoopvoorstellingen werden afgewisseld met toneelvoorstellingen en bonte avonden, die volle zalen trokken. De foto hieronder is van een vol City Theater in april 1940 tijdens een bonte avond van de Spar. Spaarders bij de Spar werden verrast met een gezellige avond en een verrassing tijdens de pauze, een loterij en een versnapering.
Maar het waren ook onzekere tijden, zeker op het internationale vlak.
Bioscoopvoorstellingen werden afgewisseld met toneelvoorstellingen en bonte avonden, die volle zalen trokken.
De oorlog brak uit. Net als vele andere panden aan de Hoofdstraat werd ook het City theater niet gespaard tijdens de granaatweken (september 1944). Het pand ging compleet verloren.
Nard schrijft in 1945 een brief met een noodkreet aan de filmbond voor ondersteuning.
Er werd opnieuw begonnen. Aanvankelijk in de kelders onder de slagerij van Geerkens aan de Hoofdstraat. Eind 1944 draaiden daar alweer de eerste films. Al snel werden plannen gemaakt om het City Theater te herbouwen. Ook het Schijndels gemeentebestuur steunde de komst van een nieuw theater.
Gezien het grote aantal toneelverenigingen dat Schijndel op dat moment had (acht stuks), was er ook een grote behoefte aan toneelruimte. Er werd een nieuw gebouw ontworpen.
1947
Op 10 juli 1947 opende het City Theater zijn deuren.
De eerste film was Mrs. Miniver uit 1942 van regisseur William Wyler met in de hoofdrollen: Claudine West, George Froeschel en James Hilton. De film behaalde 6 Oscars en ging over de gevolgen van de Tweede Wereldoorlog voor een Engels gezin.
De films werden nauwlettend in het oog gehouden door de Plaatselijke commissie van toezicht op de bioscoop. Tot de voornaamste taken van de commissie behoorden ‘het houden van toezicht op de aanwezigheid van de keuringskaarten en speciaal die van de Katholieke Film Centrale en het uitoefenen van toezicht op de leeftijden waarvoor de films toegankelijk zijn’.
Detaillijsten van alle gedraaide films werden door de exploitant bijgehouden en door de commissie beoordeeld. De Katholieke Film Centrale (KFC) werd in 1929 opgericht met als doel: overeenkomstig de katholieke beginselen de zedelijke en maatschappelijke gevaren verbonden aan bioscoopvoorstellingen te voorkomen of te bestrijden. Volgens het huishoudelijk reglement van de Plaatselijke commissie moesten er twee kaarten aanwezig zijn van elke film, een ‘Rijkskeuringskaart’ en een zogenaamde ‘witte kaart’ indien de film goedgekeurd was door de KFC.
1950-1964
Zo was er op 29 maart 1950 commentaar van de heer Aldenhoff op het niveau van de filmrecensies in het plaatselijk blad. In juni 1950 werd er door de commissieleden geklaagd ‘over de achteruitgang in het gehalte van films’. Uit de notulen: ‘De bioscoopexploitant, de heer L. Steenbakkers, komt intussen ter vergadering. Breedvoerig zet de heer Steenbakkers uiteen dat ook hij gaarne betere films zou brengen. Hij moet echter rekening houden met de smaak van het bezoekend publiek. Een zogenaamde ‘Jungle-film’ brengt hem veel meer op dan een werkelijk hoogstaande film. Hij tracht bij voortduring het culturele peil te verhogen. De huur van een werkelijk hoogstaande film gaat echter steeds gepaard met de afname van nog minstens een tiental andere films.’ Dit wordt door de commissie verder besproken en in 1951 wil men toch proberen op een rustige dag - de donderdag wordt het meest geschikt geacht - over te gaan ‘tot het vertonen van een goede film.’ Er worden lijsten opgesteld van ‘voor Schijndel geschikte films’ en films die minder gewenst zijn in Schijndel.
Een regelmatig terugkerend punt op de agenda van de commissie is de leeftijdshandhaving. Met name het voorkomen dat er reclame voor films voor boven de 18 wordt gemaakt tijdens andere filmvoorstellingen, wordt als een probleem gezien. Maar ook dat er toegang wordt verleend aan te jonge personen. De bioscoophouder krijgt zowel vanuit de commissie als vanuit de gemeente hier regelmatig klachten over. Zo ziet op 14 september 1948 Ant. van Liempd, onbezoldigd gemeente-veldwachter, dat Adrianus van der Heijden, uit de Elschotseweg, oud 15 jaar, de bioscoop na afloop van de film 'Noordster' uitkomt. Eerder op de avond werd hij door Van Liempd weggestuurd omdat hij te jong was. Aangezien Steenbakkers dat gezien had, wordt hij ernstig vermaand. In 1953 volgde een officiële waarschuwing toen meerdere personen onder de 14 toegang tot de film 'Guerrilla op de Filippijnen' gekregen hadden. Het bleef een moeilijk punt, nog regelmatig werd erover vergaderd in de commissie.
In 1959 werd er verbouwd en kort daarop werd de zaak overgenomen door zoon Leo. Tijdens de verbouwing werd de aankleding van de zaal vernieuwd en werd de voorzijde van het balkon donkerblauw gewatteerd wat de geluidsweergave ten goede kwam. Men kon weer enkele jaren vooruit.
Maar de jonge Leo kreeg te maken met een steeds groter wordende concurrentie van de TV. Ook werd het gemakkelijker om naar de stad (Den Bosch of Eindhoven) te gaan. En terwijl er vanaf 1947 dagelijks voorstellingen geprogrammeerd werden, moest men dat in oktober 1963 beperken. Alleen nog voorstellingen in de weekenden. Maar zelfs met een subsidie van fl 5.000,00 die verleend werd door de gemeente Schijndel kon eigenaar Leo Steenbakkers het niet bolwerken. In februari 1964 besluit hij te stoppen. De toekomst zag er somber uit voor het City Theater.
Maar toen besloot de broer van Leo, Ad Steenbakkers samen met zijn vrouw Annie de zaak over te nemen. Zij beheerden al sinds 1955 café de City Bar. Zij gingen voortvarend van start en startten met een interne verbouwing.
De garderobe werd vernieuwd en de houten stoelen werden vervangen door stoelen met rug- en zitkussens van rode en zwarte pluche. De zaal beneden werd geschikt gemaakt om ook als feestzaal te kunnen dienen door onder andere de plaatsing van een bar. Ook was het de bedoeling dat er vaker cabaret- en toneelvoorstellingen geprogrammeerd zouden worden. De jaarlijkse subsidie door de gemeente Schijndel werd gecontinueerd en daarvoor werd de zaal een vastgesteld aantal keren aan Schijndelse verenigingen ter beschikking gesteld. Ook scholen maakten gebruik van het City Theater. Men ging dan met de gehele klas naar bv. 'West Side Story'.
Onder grote belangstelling werd het City Theater in juni 1964 heropend. Sinds die heropening wisten veel artiesten de weg naar het City Theater te vinden. Toch bleven de bezoekcijfers achteruitgaan.
1968-1971
In 1968 zocht Ad Steenbakkers naar nieuwe wegen om het filmbezoek te stimuleren. Hij besloot ook nachtfilms te draaien. Op 9 oktober 1968 in het Brabants Dagblad eufemistisch ‘speciale’ films genoemd. De eerste was 'Meisjes op bestelling'. Dit viel in Schijndel eind jaren zestig nog niet bij iedereen in goede aarde. In 1971 werd er een raadsdebat aan gewijd. De gemeenteraad had zich geërgerd aan de affiches die aan de openbare weg waren opgehangen om reclame te maken voor de film: Anatomie van de liefdesdaad. De film en ook de affiche waren toegelaten voor vertoning door de centrale filmkeuringscommissie. De Katholieke Filmkeuring was in 1968 afgeschaft. Besproken werd of het mogelijk was de jaarlijkse subsidie in te trekken of aan de voorwaarde te verbinden dat aan de openbare weg geen zedenkwetsende affiches worden gehangen. Dit was ook niet mogelijk, volgens burgemeester van Tuijl, omdat de bijdrage van de gemeente niets met de bioscoop te maken had, enkel met het huren van een zaal. Aangezien de subsidie voor 1971 al was toegekend, besloot men contact op te nemen met de familie Steenbakkers om te vermelden dat de gemeenteraad niet bereid zal zijn in de toekomst subsidie aan het City Theater te verlenen als er nog zedenkwetsende affiches opgehangen werden. Dat er belangstelling was voor dit soort films blijkt uit de bezoekersaantallen. 'Wat zien ik', een film van Paul Verhoeven waarbij er ook veel ophef was over de seksscènes, trok in Schijndel in een week van donderdag tot en met zondag zo’n 1000 bezoekers.
Helaas overleed Ad op 41-jarige leeftijd. Zijn weduwe Annie Steenbakkers-van den Heuvel stond er alleen voor. Hulp kreeg ze van Evert Wierda. Hij beheerde meerdere bioscopen en was ook de eigenaar van reisbioscoop Arfi. Samen zetten ze de exploitatie van het City Theater voort.
1977-1980
In 1977 was het tijd om het theater weer te vernieuwen en volgde een heropening. Evert en Annie Wierda-van den Heuvel, die inmiddels getrouwd waren, ontvingen de gasten vanaf toen in gloednieuwe stoelen, terwijl de entree, de hal en de achterbouw aangepakt werden.
Wierda gaf in een interview met het blad 'Film' aan op dat moment geen vastomlijnde toekomstplannen te hebben. “Daar hoef ik bij mijn vrouw ook niet mee aan te komen. Ze vindt het voorlopig wel genoeg zo.“ Toch volgde in 1979 nog, ter ere van het 45-jarig bestaan, een opknapbeurt van de foyer en de entree. Het theater was klaar om de volgende vijfenveertig jaar tegemoet te gaan. In de jaren zeventig, maar ook de jaren tachtig, wisten de mensen de weg te vinden naar het City Theater. Met de komst van de videorecorder nam het bezoekersaantal gaandeweg af. In de gloriejaren draaiden er nog drie tot vier films op een zaterdag of zondag.
Ook de Tirolerfilms deden het goed in het City. Niet iedereen in Schijndel was even gelukkig met het feit dat er seksfilms werden vertoond. Over 'Turks Fruit' (1973) werd schande gesproken in de kerk. Uiteindelijk werd zelfs in de gemeenteraad gemord over seksfilms. Korte tijd later werd besloten om te stoppen, mede door het succes van de video. In de jaren negentig nam het bezoekersaantal verder af.
1987
Op 14 april 1987 startte een filmwerkgroep van de K.E.G. (Kulturele Evenementen Groepen) twee keer per maand een filmvertoning in het City Theater. Een van de organisatoren was Gerard Buenen.
Men miste in Schijndel een aanbod in een ander soort film en omdat er binnen de KEG toen nog financiële en culturele ruimte was voor een extra activiteit, zijn ze enthousiast, maar misschien ook wat onbezonnen, begonnen met de filmwerkgroep. In 1988 stopte de K.E.G. met het vertonen van films vanwege te weinig belangstelling.
1993
In 1993 nemen Arie van den Brand en Peter Sanders de exploitatie van het City Theater over.
1994-1995
Op 11 januari 1994 start de Filmclub in het City theater met het vertonen van 10 films per jaar, alleen voor leden. In de jaren daarna wordt zowel het aantal filmvertoningen als het aantal filmlocaties uitgebreid. Toen werden ook alle films toegankelijk zowel voor leden als niet-leden.
In 1995 nemen de zussen Hélène Stienen-Steenbakkers en Josette Raaijmakers-Steenbakkers het City Theater over van hun ouders.
2001-2002
In mei 2001 organiseert ‘SCHAT’, (Schijndelse Actiegroep Theateraccommodatie) een actie om te pleiten voor een betere accommodatie dan het huidige City Theater. Het gemeentehuis wordt ‘bezet’ om die noodzaak kracht bij te zetten. 18 culturele organisaties nemen deel aan de ‘bezetting’.
November 2001 maakt Hans Brus bekend dat hij Schijndel een theater wil geven. Maar dat levert na veel geharrewar uiteindelijk niets op. De roep om een nieuw theater blijft.
Het City Theater was eerder al gestopt met het vertonen van bioscoopfilms maar ging nog door met kinderfilms. Maar daar kwam op 19 september 2002 ook een eind aan. 'Lilo & Stitch' was de laatste kinderfilm.
Aan de jarenlange bioscooptraditie in het Schijndelse City Theater komt dus een eind.
Films van de Filmclub en zo nu en dan van scholen of buurtverenigingen gingen wel door. De exploitanten Arie van den Brand en Peter Sanders hadden geen zin meer om op te draaien voor de verliezen. Zeker als ze te horen krijgen dat ze uit de race zijn voor een toekomstig theater. Want het moet gezegd: het nostalgische theater is sterk verouderd. Er was iets heel moois van te maken, maar dat is helaas niet gebeurd.
Het City theater wordt door de Nederlandse Vereniging van Bioscopen (NVB) definitief uitgeschreven als bioscoop (Techniek). Het heeft 65 jaar als zodanig gefunctioneerd.
2004-2005
Anja en Francien (Filmclub) bij de ingang aan de kassa, alles nog met de oude toegangskaartjes.
In 2005 wordt het Cultureel Centrum ’t Spectrum geopend met meerdere zalen. De Filmclub maakt meteen gebruik van de mogelijkheid om naast de vertoningen in het City Theater wereldcinemafilms te gaan programmeren. We vertonen films in de kleine zalen voor wereldcinema en documentaires.
2007
In 2007 start Filmclub Schijndel met het jaarlijkse openluchtfilmfestival Open Doek.
2010-2014
Januari 2010 gaat de Filmclub naast de filmvertoningen in het City Theater en in de kleine zalen van ’t Spectrum ook thema-films vertonen in het zojuist geopende Het Gasthuis.
Oktober 2010 laat Filmclub Schijndel via het Brabants Dagblad weten dat de bibliotheek in ‘t Spectrum een perfecte plek is voor de nieuwe podiumaccommodatie.
Anja en Francien aan de kassa, voor de trap naar het balcon.
2015-2017
Willem Wouters en Mark van de Laarschot vinden dat documentairemakers meer aandacht verdienen voor hun film en hun verhaal. Maar ook de bezoekers verdienen meer inzicht en achtergrond bij het verhaal van de makers. Op 19 september 2015 maken ze hun ideeën in het City Theater waar. De eerste film was 'A 60km/h' van Facundo Marguery. Tijdens hun ‘Docs in the City’ creëren ze volop ruimte en tijd om met elkaar in gesprek te gaan. Ze vertonen de documentaires in een gemoedelijke setting. Na afloop van de film volgt een interview en een Q&A met de gast en dat is meestal de regisseur of iemand anders die bij de totstandkoming van de film is betrokken. ‘Docs in the City’ trekt vooral een jonger publiek dan bij de Filmclub. Het is daarmee een goede aanvulling in de diversiteit voor het Schijndels filmpubliek.
In 2019 werd de naam gewijzigd in ‘Beholders’ en werd het een vierdaags festival op 20 verschillende locaties in Meierijstad. Ze zijn voornemens hun vleugels verder over Nederland uit te slaan.
7 december 2017 maakt de gemeenteraad bekend dat de locatie van de bibliotheek in ‘t Spectrum de nieuwe podiumaccommodatie wordt. Dat kost Meierijstad 2,5 miljoen euro.
2018-2020
2 oktober 2018 wordt in de nieuwe podiumaccommodatie de eerste film door de Filmclub vertoond. Het werd een film van regisseur Albert Dupontel, de titel: Au revoir la haut.
Het publiek was onder de indruk van de film maar ook van de accommodatie met prachtig beeld, goede zichtlijn en met geweldig geluid. Hieronder een video van Omroep Meierijstad over de eerste indrukken.
Nadat de Filmclub vanaf 2018 in de Podiumzaal naast filmhuisfilms, ook de populairdere films (vrijdagavond), middagfilms en kinderfilms ging vertonen werd dit initiatief in 2019 overgenomen door ‘t Spectrum onder de naam ‘Spectrumfilm’.
Er zijn vergevorderde plannen om het City theater af te breken om plaats te maken voor woningen.
2021
Op 1 september 2021 stapte het volledige bestuur van ´t Spectrum op. Er werd weer contact gezocht met de Filmclub om in overleg meer films te vertonen.
Film is een toegankelijk medium en biedt ongekende mogelijkheden om een breed en uiteenlopend publiek bij elkaar te brengen. We kunnen concluderen dat film een vast verankerd onderdeel is van het culturele leven in Schijndel/Meierijstad.
Als we terugkijken is het verbazingwekkend dat zo’n klein dorp al in 1937 een bioscoop had. Schijndel telde toen 9500 inwoners. Het getuigt van durf en ondernemerschap. In dit historisch overzicht zijn alle credits voor Nard Steenbakkers op zijn plaats; hij realiseerde een podium, niet alleen voor film maar ook voor alle andere podiumkunsten. Hij heeft dit allemaal mogelijk gemaakt.
2024
Het is nu wachten op de sloop van het City theater. Hieronder een video (april 2024) met Annie Wierda en mij over het verleden van het City theater. Klik op de foto om de video te bekijken.